Zoekresultaten

    Geen resultaten gevonden
    Logo Wapper gaat voor G-sport

    Wapper gedragscode

    Algemeen geldende gedragscode Wapper vzw

    ATLETEN

    Attitude:

    1. We staan voor fair-play tegenover clubleden, tegenstanders, scheidsrechters en publiek.
    2. Aanvaard de beslissingen van de scheidsrechters.
    3. Onsportief gedrag van anderen mag nooit een reden zijn om zelf onsportief te zijn.
    4. Wijs uw medespelers op onsportief, onaangepast of onplezierig gedrag.
    5. Wees alert voor een aangename sfeer binnen je team, spreek hierover met je trainer of iemand die je vertrouwt.
    6.  Sta  open voor nieuwe vriendschappen en neem zelf ook initiatief.
    7. Je bent een sporter, dus toon je motivatie om te sporten.

    Training:

    1. Stiptheid is belangrijk, kom steeds minstens 15 minuten op voorhand, zodat de training op tijd kan beginnen. Te laat komen kan al eens gebeuren, excuseer je dan bij de trainer.
    2. Afspraken betreffende afwezigheden op trainingen of wedstrijden worden in het begin van het seizoen gemaakt. Verwittig tijdig je afwezigheid bij de trainer via tel/sms/mail.
    3. Sporten doe je steeds als team, op en naast de sportaccommodatie.
    4. Als  je iets niet begrijpt, vraag dan uitleg, de trainer is er steeds voor jou.

    Wedstrijden:

    1. Winnen is leuk, verliezen hoort erbij.
    2. Bij verlies wens je je tegenstander proficiat met een glimlach.
    3. Heb steeds respect voor jezelf, je medespelers, je trainer, de scheidsrechters en  alle anderen waar je mee omgaat.
    4. Leer omgaan met stress, denk aan wat je op de trainingen geleerd hebt en voer dit ook uit, dan zal het resultaat wel volgen.

    Materiaal:

    1. Sportaccommodatie, kleedkamers en materiaal worden proper en ordelijk achtergelaten en met respect behandeld.
    2. Neem of gebruik geen dingen van een ander, tenzij je hiervoor toestemming hebt gekregen.

    Gezondheid:

    1. Meld blessures meteen aan de trainer, jij bent degene die pijn voelt. Volg de adviezen van je trainer en arts goed op, een blessure betekent hard werken, discipline en geduld hebben.
    2. Hygiëne in de sport is belangrijk, neem de tijd om te douchen na het sporten.
    3. Sporters hebben nood aan gezonde voeding, ook buiten de sport. Besteed hier voldoende aandacht aan.
    4. Bepaalde medicamenten worden als doping gezien. Vraag dus voldoende informatie aan een deskundige via uw club.
    5. Wij sporters zeggen NEEN tegen alcohol, tabak of drugs of ongewenst gedrag.
    6. Respecteer ieders privacy.

     

    TRAINERS

    1. Leer je sporters dat de regels voor iedereen gelden. Spreek atleten die zich niet aan de afspraken houden aan, maar houd ook rekening met andere factoren.
    2. Roep niet en maak de sporter nooit belachelijk.
    3. Sporters  hebben een trainer nodig die zij respecteren. Wees gul met lof wanneer het verdiend is.
    4. Elke sporter heeft  mogelijkheden en kwaliteiten, tracht ze te ontdekken en te zien, zo kan je de sporter bewust maken van zijn/haar kwaliteiten.
    5. Vertrouwen geven is vertrouwen krijgen, dat is een hulpmiddel voor een positief sportresultaat.
    6. Behandel je sporters zoals jezelf zou willen behandeld worden.
    7. Wees redelijk in het plannen van wedstrijden en trainingen, beseffend dat sporters ook andere belangen en verplichtingen hebben.
    8. Iedere sporter met een handicap heeft specifieke eigen mogelijkheden, noden en beperkingen. Hou hier steeds rekening mee bij trainingen en wedstrijden. Geef hen eventueel aangepaste opdrachten.
    9. Keur verbaal- en fysiek geweld af.
    10. Respecteer de lichamelijke en psychische integriteit.

    Training:

    1. Deel, indien mogelijk, de sporters in volgens leeftijd, vaardigheid, motivatie en fysieke gesteldheid.
    2. Sporten doe je voor je plezier,  winnen is een onderdeel van de sport, verliezen ook.
    3. Je bent als trainer verantwoordelijk voor het aanleren van de sport en voor het gedrag van de sporters tijdens de training. Beide aspecten hebben voldoende aandacht nodig. Je kan als trainer de aandacht vestigen op wat voor jou de belangrijkste regels zijn door deze op voorhand kenbaar te maken.
    4. Men kan, op basis van de clubvisie, aan sport doen op zowel competitieve als recreatieve basis.
    5. Zorg bij sporters voor een gezonde  mix tussen sporttechnische oefeningen en spelvormen.
    6. Je hebt als trainer, zowel voor als na de trainingen, een taak en verantwoordelijkheden. Zorg voor een vlotte communicatie met ouders, andere trainers, bestuurders…, alleen zo ontstaat er een vlotte samenwerking.
    7. Werk aan je eigen competentieniveau, school je regelmatig bij.
    8. Wees niet ontgoocheld door een slecht resultaat. De prestatie van een sporter is een momentopname, jouw kwaliteit als trainer daarentegen is een constante!

    Communicatie:

    1. Geef steeds voldoende feedback, jonge sporters zijn hier heel vatbaar voor.
    2. Communiceer POSITIEF, ook non-verbaal!
    3. Wees concreet en duidelijk in je communicatie.
    4. Let op je manier van communiceren: ironie schept verwarring, geef concrete en duidelijke tips.
    5. Houd rekening met de leefwereld van je sporters. Communiceer met ouders en sporters over de examenperiode, spreek af wat je van hen verwacht.

    Materiaal:

    1. Zorg ervoor dat het materiaal voldoet aan de veiligheidsvoorschriften en dat het geschikt is voor de leeftijd en de vaardigheden van de sporters. Leer atleten om met zorg om te gaan met het materiaal en de accommodatie.

    Gezondheid:

    1. Volg het advies op van een arts bij het bepalen of een geblesseerde sporter wel of niet kan deelnemen aan  trainingen of wedstrijden.
    2. Blijf een langdurig geblesseerde atleet bij de trainingen betrekken.
    3. Bespreek een actieplan voor de gekwetsten.

     

    BESTUURDERS

    Training:

    1. Zorg ervoor dat er gelijke mogelijkheden voor deelname in de sport bestaan voor alle sporters, ongeacht hun vaardigheden, geslacht, leeftijd, afkomst of handicap.

    Beleid:

    1. Tracht als bestuurder alle leden te betrekken bij het beleid van de club d.m.v. een oudercommissie, jeugdcommissie, …
    2. Pas de visie van uw club aan aan  uw sporters. De atleten komen op de eerste plaats.
    3. Zorg ervoor dat beloningen niet primeren, wees wel gul met lof voor inzet en prestatie.
    4. Zorg voor gekwalificeerde trainers die in staat zijn sportiviteit en goede technische vaardigheden aan te leren.
    5. Als bestuurder ben je verantwoordelijk om ook sporters die niet aan competitie doen op te vangen in uw sportclub.
    6. Duid een vertrouwenspersoon aan in de club waarbij atleten, ouders, trainers en bestuurders terecht kunnen met interne problemen.

    OUDERS

    Attitude:

    1. Als een kind niet wil deelnemen aan sport, dan is daar een reden voor. Forceren helpt niet.
    2. Kinderen sporten voor hun plezier, niet voor dat van jou. Jouw kampioen is in de eerste plaats jouw kind, daarna pas atleet.
    3. Moedig je kind aan de regels te volgen, zowel sportreglement als gedragscode.
    4. Kijk erop toe dat uw kind zich niet slecht voelt na een tegenvallende uitslag.
    5. Aanvaard de beslissing van de trainer en scheidsrechters.
    6. Respecteer de lichamelijke en psychische integriteit van iedereen.

    TOESCHOUWERS

    1. Kinderen / breedtesporters zijn geen professionals, zij kunnen dus ook niet beoordeeld worden volgens professionele normen.
    2. Maak nooit een deelnemer belachelijk voor het maken van een fout tijdens een wedstrijd.
    3. Geef positieve reacties die verdere inspanningen motiveren en stimuleren.
    4. Toon respect voor alle deelnemers / teams, zonder hen is er geen wedstrijd.
    5. Heb respect voor de scheidsrechters. Roep geen beledigingen naar hen en ga niet met hen in discussie tijdens de wedstrijd. Na de wedstrijd kan en mag je op een vriendelijke manier uitleg vragen.

    HOE REAGEREN BIJ SEXUEEL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG?

    1. Acute situatie: steeds melden aan hogere organen binnen de organisatie of aan vertrouwenspersoon.
    2. Politie verwittigen 1712
    3. Levensbedreigend: politie 112
    4. In het verleden: melden aan politie 1712
    5. Iemand nood aan een luisterend oor? Vertrouwenspersoon binnen organisatie/club*
    6. Heb je iets gezien of meegemaakt? Een vermoeden van grensoverschrijdend gedrag? Volgende kanalen kunnen mogelijk een oplossing bieden:

      - Teleonthaalnummer 106
      - Teleonthaal.be
      - Awelnummer 102
      - Kinderen en Jongeren bij 'Awel.be'
       
    7. Daarnaast kan je steeds iemand binnen jouw sportclub of iemand uit je omgeving in vertrouwen nemen.

        * Aanspreekpunt Integriteit (API) ofwel de vertrouwenspersonen binnen Wapper zijn:
        Stef Dehantschutter, 0478/45 42 05, dehantschutter.stef@scarlet.be
        Ivo Martens, 0476/60 57 09, kris.ivo@skynet.be

        Adres clublokaal

        Fort-II-straat
        2160 Wommelgem
        Ondernemingsnr. 0407851049

        Website designed & sponsered by